• joshua-rawson-harris-KRELIShKxTM-unsplash (1)
  • PROGRAMMA INFO

    • Titel: Kennis- en Innovatieagenda Maatschappelijk Verdienvermogen
    • Wat: het opschalen van economische welvaart én maatschappelijke impact
    • Inbreng: de KIA MV wordt gecoördineerd door CLICKNL
    • Looptijd: 2020 - heden
    • Key words: welvaart, welzijn, Kennis- en Innovatieagenda Maatschappelijk Verdienvermogen
    • Projectpartners: alle topsectoren, NWO, Bax & Company

Kennis- en Innovatieagenda Maatschappelijk Verdienvermogen

Versnellen en opschalen van maatschappelijke transities

De energietransitie, voldoende en gezond voedsel en de borging van veiligheid: onze samenleving staat voor een aantal grote opgaven. Deze maatschappelijke uitdagingen vragen om baanbrekende innovatieve oplossingen. Als deze bijdragen aan het ontwikkelen van economisch verdienvermogen en tegelijkertijd maatschappelijke impact bereiken, spreken we van maatschappelijk verdienvermogen. We gaan voor meer welvaart & meer welzijn. Een mooiere wereld én economie.

De Kennis en Innovatieagenda Maatschappelijk Verdienvermogen (KIA MV) heeft als doel de opschaling van innovatie versnellen en daarmee tot grotere maatschappelijke impact komen. De KIA MV organiseert de verbetering, ontwikkeling en toepassing van methodieken, werkvormen en modellen die innovaties met zowel economisch verdienvermogen als maatschappelijke impact helpen versnellen of opschalen. Innovaties die vallen binnen het Missiegedreven Innovatiebeleid, oftewel: een strategie waarmee we grote transities -zoals de energietransitie- versnellen. Deze strategie focust zich op een viertal thema’s en samenwerking tussen diverse partijen zoals professionals en kennisinstellingen. Alle topsectoren zetten zich in voor dit Missiegedreven Innovatiebeleid.

KIA MV nieuw

Aanpak KIA MV: drie verweven sporen

De KIA MV brengt de kenmerken van missiegedreven innovatie en de behoefte aan verbeterde instrumenten en nieuwe kennis in kaart. Daartoe worden innovatieclusters betrokken die (elementen van) missiegedreven innovatie in zich hebben. De gebruikte werkvormen, tools, organisatievormen, financiering en andere aspecten die de dynamiek van deze ecosystemen bepalen, worden geïnventariseerd en gedeeld. Innovatiemethodieken worden verbeterd, ontwikkeld, beproefd en gevalideerd. Om vervolgens de toepassing ervan en de opschaling van missiegedreven innovatie te ondersteunen. Dat leidt tot de drie interacterende sporen van de KIA MV: onderzoek, experiment en uitrol.

Spoor 1: Onderzoek
In het eerste spoor wordt wetenschappelijk en praktijkgericht onderzoek geprogrammeerd. Er zijn veel vragen hoe innovaties versneld te implementeren en op te schalen, terwijl de maatschappij tal van fundamentele transities doormaakt. Daarom wordt met een meerjarig onderzoeksprogramma, vanuit NWO, het instrumentarium voor missiegedreven innovatie doorontwikkeld.

Spoor 2: Experiment
In het tweede spoor worden experimenten opgezet om te onderzoeken hoe de opschaling van innovaties voor maatschappelijke uitdagingen kan worden versneld. Welke praktische methoden, modellen en werkvormen kun je inzetten? Waar kun je op ingrijpen om daadwerkelijk te versnellen? Samen met experts uit de Nederlandse hogescholen en universiteiten worden - op maat - kortlopende interventies uitgevoerd.

Spoor 3: Uitrol
In het derde spoor worden regionale innovatieclusters ondersteund met de toepassing van innovatiemethodieken. Het ontwikkelde en gevalideerde instrumentarium wordt onder meer samen met de regionale ontwikkelingsmaatschappijen verspreid. Het kennisnetwerk regionale economie is een communityplatform dat hiervoor wordt gebruikt.


Voorbeeldprojecten

stichting steenbreek

Stichting Steenbreek

Klimaatverandering leidt tot hitte-eilanden in steden en dorpen, toenemende droogte en zware, korte regenbuien, met wateroverlast tot gevolg. Ook heeft dit gevolgen voor de gezondheid en veiligheid in woongebieden. Stichting Steenbreek is een samenwerking van bedrijven, overheidsinstellingen, maatschappelijke organisaties, betrokken inwoners en onderzoeksgroepen om deze problemen aan te pakken door woon- en werkgebieden te vergroenen om daarmee de biodiversiteit te versterken.