TIP

INNOVATIE ONTRAFELD

Innovatie is een begrip dat veelvuldig en op veel verschillende manieren wordt gebruikt. Iedereen verstaat er het zijne onder, wat het lastig maakt om verwachtingen en doelen op elkaar af te stemmen en daadwerkelijk te komen tot 'een succesvolle toepassing van nieuwe kennis en ideeën'. Want dáár gaat innovatie in essentie over, stelt Innovatielabs-onderzoeker Paul Rutten. In deze blog neemt hij de ontstaansgeschiedenis en het actuele gebruik van de term onder de loep en geeft hij speciale aandacht aan de relevantie voor de culturele en creatieve sector.

Innovatie is één van die begrippen die we in gesprekken vaak achteloos gebruiken, zonder ons af te vragen wat we er precies mee bedoelen. Zo werkt dat vaak in het leven van alledag. Ook al hebben we geen volledige overeenstemming over wat we met een aanduiding bedoelen, we kunnen er toch over praten. Dat geldt niet alleen voor innovatie, maar ook voor begrippen als duurzaamheid, co-creatie en empowerment, om er een paar te noemen. En wat dacht je van cultuur?

Innovatie kent verschillende dimensies en aspecten.

Toch is het de moeite waard om te specificeren wat innovatie is of kan zijn, zeker in de context van Innovatielabs. Het programma 'Innovatielabs' beoogt de culturele en creatieve sector wendbaarder en weerbaarder te maken, waarbij innovatie wordt beschouwd als een belangrijk middel om dit te bereiken.

Maar innovatie kent verschillende dimensies en aspecten. Het loont om deze in kaart te brengen, niet zozeer als academische oefening maar eerder als een handvat voor iedereen die vooruitgang van de culturele en creatieve sector nastreeft.

Wat waren in het verleden de doelen van innovatie en waar ligt nu de nadruk?
Het is in dit verband zinvol om stil te staan bij de ontwikkeling van het begrip innovatie in de tijd en de context waarin functioneert.

Concurrentiekracht van bedrijven

Vanaf het begin van de 20ste eeuw wordt innovatie vooral nagestreefd door individuele bedrijven die hun concurrentiekracht ten opzichte van andere bedrijven willen verbeteren. Ze zijn uit op een betere marktpositie om hun economische positie te versterken. In het industriële tijdperk wordt dat doel vaak en vooral behaald door het inzetten van nieuwe, harde technologie die de efficiency en arbeidsproductiviteit kan vergroten.

Onderzoek naar en kennis van nieuwe productiemethoden en de toepassing ervan zijn daarvoor belangrijk: research and development. Samenwerking tussen bedrijven om innovaties te bewerkstelligen is in die tijd zeker niet de regel. De focus op concurrentie zorgt eerder voor geheimhouding van wat als concurrentiegevoelig beschouwd wordt. Inzichten uit R&D worden doorgaans zorgvuldig afgeschermd. De beleidsfilosofie in dit tijdvak is dat een voortvarende ontwikkeling van het bedrijfsleven, onder meer door innovatie, de beste garantie vormt voor economische groei die de basis legt voor maatschappelijke welvaart.

Innovatie in clusters en regio’s

In de loop van de jaren zeventig en tachtig wordt innovatie steeds meer verbonden met clusters van bedrijven en met sectoren, en niet alleen maar met individuele ondernemingen. Belangrijkste reden is de toegenomen vernetwerking van de economie, onder meer door informatie- en communicatietechnologie. Organisaties en bedrijven zijn daardoor voor hun economisch succes steeds meer van elkaar afhankelijk.

De triple helix wordt geïntroduceerd als systeem waarin bedrijfsleven, overheid en kennisinstellingen samenwerken aan innovatie.

Innovatie wordt niet langer gezien als een louter geïsoleerde bezigheid, maar wordt meer in samenwerking in ketens en ecosystemen aangepakt. De triple helix wordt geïntroduceerd als systeem waarin bedrijfsleven, overheid en kennisinstellingen samenwerken aan innovatie. In die context komt meer aandacht voor open innovatie. Bedrijven komen gaandeweg uit hun schulp en zoeken gezamenlijk naar nieuwe toepassingen.

Omdat economische clusters vaak geografisch geconcentreerd zijn, ligt veel nadruk op het doorontwikkelen van zogenaamde regionale innovatiesystemen. Het besef groeit bovendien dat innovatie niet louter van belang is voor de economie maar ook voor andere maatschappelijke domeinen als de zorg, het onderwijs en de cultuursector. Het begrip sociale innovatie doet opgeld; het realiseren van maatschappelijke doelen door de succesvolle toepassing en introductie van nieuwe praktijken, processen en diensten is belangrijk.

Toch voert het economisch belang in deze fase de boventoon. Het realiseren van concurrentiekracht, nu van clusters en regio’s, is dominant. Het Nederlandse overheidsbeleid gericht op het stimuleren van topsectoren is daar een goed voorbeeld van. De creatieve industrie ontpopt zich in deze periode, als motor van werkgelegenheid en belangrijke exportspeler en leverancier van creatieve inputs voor innovatie door cross-overs.

Ook zijn de culturele en creatieve sector en belangrijke factor in innovatieve milieus. Hoogopgeleid talent koestert zich immers graag in een rijke culturele omgeving. Het ontwikkelen van nieuw aanbod van producten en diensten en nieuwe manieren van (samen)werken, zoals in design thinking, is in de creatieve industrie regel. In de media-industrie wordt vooral geïnnoveerd door het gebruik van informatie- en communicatietechnologie. De creatieve industrie is daarmee vaak richtinggevend voor andere sectoren en maatschappelijke domeinen.

Wil je verder lezen? Klik dan hier.

BRON: innovatielabs.org. Walter van Andel droeg bij aan deze blog.


Het programma Innovatielabs geeft een impuls aan nieuwe veerkracht in de culturele en creatieve sector. Het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie, namens alle rijkscultuurfondsen, en CLICKNL voeren het programma uit in opdracht van het ministerie van OCW.

Tags: